Taalkriebels

3. Verrassende woorden of uitspraken

- Hoe kan men bij het lezen van Lucas weten dat hij geneesheer was ? Leerling: "Aan zijn handschrift."
- Wat ligt in het midden van een gesloten hoeve-type? De mesthoop.
- Hoe noemt men een man die van deur tot deur verkoopt, een straathandelaar? Een deurafklopper.
- Iemand die tonnen en vaten maakt, is een ... tollenaar.
- Een strijkorkest dient om te ... strijken.
- In een strijkorkest wordt er gestreken: bijvoorbeeld: een trompet.
- Maak een zin met "mammoeth" Antwoord: Ma moet van pa meekomen.
- Klachten zonder grond zijn ondergrondse klachten.
- Wie een put graaft voor een ander, is ...een arbeider / wordt moe.
- Roest rust niet.
- Hoofdtijden van duiken: ik duik, ik sprong, ik was verdronken.
- 5-jarig patiëntje tegen de dokter die hem met de stethoscoop beluistert: "Telefoneert U nu met de bacillen?"
- "Pappie, als een politiehond een worst wegpakt, heet hij dan nog politiehond ?"
- Tegen een buurvrouw: "En ik mag van mama vandaag geen snoepje aan jou vragen."
- Moeder: "Mijn dochter vertelt me alles. Ik ben rijp voor een zenuwinrichting."
- Kleine inktvis tegen zijn moeder: "Alles wat ik wil weten, is wat mijn handen zijn en wat mijn voeten."
- Uit een opstel: "We hadden mooie schilderijtjes gekocht. Vader sloeg haken in de muur terwijl moeder hielp. Toen heeft hij ze aan de haak gehangen."